Een vorm van inflatie die specifiek wordt veroorzaakt door de stijging van prijzen van landbouwproducten, waardoor voedsel structureel duurder wordt. Het begrip is een combinatie van 'agrarische inflatie'. Bij agflatie wordt niet het geld minder waard in algemene zin, maar wordt voedsel relatief schaarser en dus duurder. Dit verschijnsel wordt vaak veroorzaakt door toegenomen vraag naar voedsel in opkomende economieën, stijgende inkomens, toenemende vleesconsumptie, en de groeiende vraag naar biobrandstoffen.Voorbeeld:"De prijzen van graan, maïs en soja stijgen opnieuw door tegenvallende oogsten."